Stenfert Kroese, D.
Erelijst gesneuvelden > Namenlijst slachtoffers Veldtocht

Voornaam: David
Voorletters: D.
Rang: Sold.
Mil. Onderdeel: Kon.Ned.Brig.Prinses Irene
Geboorteplaats: Rotterdam
Geboortedatum: 19-12-1920
Overlijdensplaats: Oostkapelle
Overlijdensdatum: 09-03-1945
Begraafplaats: Militair ereveld Grebbeberg te Rhenen
Gemeente: Rhenen
Provincie: Utrecht
Vak:
Rij: 11
Nummer: 20
Bron foto grafsteen: R. van de Velde

v.l.n.r. Wim, Lennie, Davy, Hannie Stenfert Kroese (Bron: OGS)
Ze kregen samen vier kinderen:
In 1930 verhuisde de familie naar een prachtige villa op de Vijverlaan 15 in het zuiden van Rotterdam. Het huis had een grote tuin en voor de kinderen de mogelijkheid om heerlijk buiten te kunnen spelen.
Op 11 november 1944 was voor Davy het moment om zich als oorlogsvrijwilliger (OVW-er) aan te sluiten bij de Prinses Irene Brigade. Na een screening en een korte opleiding wordt hij als motorordonnans ingedeeld bij gevechtsgroep 1 No.6058. In november 1944 bevond Davy zich met een deel van de Irene Brigade voor bewakingsdoeleinden bij het bunkercomplex van de Atlantikwall (Fort Mammut) nabij Domburg in Zeeland. Op 9 maart besloot hij met twee van zijn kameraden in Domburg te gaan stappen.

Het bewuste duinpad bij vakantiehuis De Duindistel- Foto: Lou Rison
- Willem Herman "Wim" (1917-2007) Hij studdeerde theologie en werd later net als zijn opa dominee in Warden, Vught en Almelo,
- Hannah "Hannie" (1918-2002). Hannie was in de oorlog betrokken bij het studentenverzet in Rotterdam en was een zgn. gijzelaar in Haaren en heeft ook in de dodencel in Scheveningen gezeten. Ze trouwde kort na haar vrijlating in augustus 1944 in Moergestel (Huize Zonnewende) met Gijsbert Leonard van den Bergh (1916-2003) bij wie ze drie kinderen kreeg. Na een scheiding trouwde ze in 1959 met Willem Droogleever Fortuyn (1913-2000).
- Lennie (1919-1935), overleed tijdens een gezinsvakantie in Oostenrijk aan hersenvliesontsteking. Dit had een enorme impact op het gezin.
- Tenslotte werd in 1920 David "Davy" geboren te Rotterdam.

Na het behalen in 1940 van zijn HBS-B diploma op het Kennemer Lyceum in Overveen ging hij naar de Techische Hogeschool in Delft. Hier moesten alle studenten in februari 1943 van de Duitsers een zgn. loyaliteitsverklaring tekenen. Degenen die niet getekend hadden, moesten zich melden voor tewerkstelling in Duitsland. Zo'n 900 studenten gaven gevolg aan de oproep. De rest dook onder.
Davy verhuisde naar zijn zus Hannah in Moergestel. Hier kreeg hij werk als bedrijfscontroleur in de textielfabriek AaBe in Tilburg, bij zijn toekomstige zwager Gijs van den Berg. Maar uit angst om bij een razzia gepakt te worden, besloot hij onder te duiken in diezelfde fabriek.
In het najaar van 1944 naderden de geallieerden steeds dichter de stad Tilburg. De stad werd op 14 oktober omsingeld door de Prinses Irene Brigade en een Schotse divisie.


De context van hun tragische einde werd vastgelegd in het dagboek van soldaat G. van Dam, eveneens van de Irene Brigade. Enkele dagen voor het incident nam Van Dam bij toeval een sluiproute langs de duinen tussen Domburg en De Hamster, met zijn 80 bunkers het grootse bunkerdorp van Walcheren. Het was een zeer belangrijke radarpost van de Duitse luchtmacht, met de codenaam Mammut.

X= de plek des onheils ligt ten noorden van de Hamster Bron kaartje: Google Maps
Het betrof een 16 x 30 meter groot radarscherm en met de 60 meter hoge draaibare Wassermann radar.
De avond erop, op 9 maart 1945, reden na een avondje stappen drie mannen van de 1e gevechtsgroep, Burger, Stenfert Kroese en Vermeulen, gezamenlijk op een motorfiets dezelfde weg op. Zonder het gevaar te kennen, reden ze halverwege het duinpad op een Tankmijn. Alle drie waren op slag dood. Pas na onderzoek bleek dat het pad zwaar met antitankmijnen was bezaaid. Dit soort mijnen is op een bepaalde druk afgesteld en een voetganger kon er meestal zonder risico op stappen.
Het leek voor Van Dam een onschuldige verkorting van zijn route, maar de aanwezigheid van een versperring met prikkeldraad en de ontdekking van Duitse Tellerminen aan weerszijden van het pad baarden hem zorgen. Hij koos ervoor zich langs de rand van het pad te bewegen, een beslissing die zijn leven redde.

Op 9 maart 1945 werd Davy met zijn twee omgekomen kameraden met militaire eer begraven op het noodkerkhof te Oostkapelle.
Op 20 april 1945, het westen van Nederland zucht nog onder de bezetting, schreef de moeder van David een briefje aan een vriendin: "We hebben bericht gekregen van Davy. Het mag niet bekend worden, praat er dus verder niet over! Hij is al de gehele winter in actieve dienst als motorrijder bij de 'Brigade Irene'. Hij was de eerste uit de buurt die wegging. Je begrijpt, dat we razend trots op hem zijn en toch ook wel erg in spanning zitten, enfin je kent de combinatie!" Zij weet op dat moment nog niet dat haar zoon Davy inmiddels is gesneuveld.
Davy woonde in Moergestel bij zijn zuster Hannah, vandaar dat in 1946 daar ook zijn overlijdensakte is opgetekend.
Davy is in 1975 herbegraven op het Militair Ereveld Grebbeberg te Rhenen.
Bron: Familie Stenfert Kroese, Kennemer Lyceum Overveen
De dood van deze drie jonge mannen herinnert ons aan de harde werkelijkheid van oorlog. Hoewel ze op verschillende manieren tot de Prinses Irene Brigade kwamen — door onderduik, verzet, vlucht of gevangenschap — werden ze verenigd in hun dienst aan het vaderland. Hun lot op 9 maart 1945, op een duinpad dat het einde betekende, is een tragisch maar krachtig symbool van moed, kameraadschap en opoffering. Laten wij hen niet vergeten.

Vandaar dat de webmaster in 2025 een zoektocht is gestart naar de exacte plaats van de plek des onheils in Oostkapelle. Het Zeeuws archief en de NIMH konden, ondanks hun lange speurtocht, daarover niets vinden in hun archieven. Ook lokale historici waren niet op de hoogte van dit verschrikkelijke voorval. Op een door de webmaster geplaatste oproep in een regionale krant, kreeg hij na lange tijd wel een zeer bruikbare reactie van een zekere Lou Rison uit Oostkapelle: "Mijn oom, Marius Rison, weet precies waar het gebeurd is: ongeveer 100 meter richting Oostkapelle vanaf het huis 'De Duindistel'. Zijn vader, mijn grootvader, vond die jongens daar toen hij 's ochtends als BS’er (Binnenlandse Strijdkrachten) naar zijn post in 'De Duindistel' ging.”
Nu blijkt dat deze gebeurtenis op Walcheren onbekend is en de plaats des onheils eindelijk is opgespoord, is het te hopen dat de gemeente Veere zich ervoor inzet, dat er voor deze omgekomen brigadisten een blijvende herinnering (plaquette o.i.d.) komt bij het duinpad in Oostkapelle.
Met dank aan leden van de SVF, met name Ludmilla van Santen en Lou Rison